De Nederlandse economie moet in 2050 volledig circulair zijn, dat doel heeft het kabinet gesteld. Maar hoe ziet zo’n economie er dan precies uit? En waar moeten we op sturen om te zorgen dat we over dertig jaar ook zover zijn? Caroline Santamaria, expert circulaire economie, energietransitie en monitoring bij Duurzaamheid.nl, vertelt over het gepuzzel dat komt kijken bij het meten van de voortgang.
Met minder nieuwe grondstoffen en minder afval net zo comfortabel leven als nu. Dat is waar het bij de circulaire economie in feite om draait. Als we blijven produceren, kopen, gebruiken en weggooien zoals we nu doen, raken onze grondstoffen op den duur op. Daarom moeten we die zo min mogelijk aanbreken en de grondstoffen die we wel gebruiken moeten we op slimme manieren laten circuleren. Bijvoorbeeld door te zorgen dat voorwerpen niet zo snel worden weggegooid, door deelgoederen of tweedehands goederen te gebruiken in plaats van dingen alleen voor eigen gebruik te kopen en door van gebruikte grondstoffen weer nieuwe producten te maken.
Meten dwingt je om na te denken over de knoppen die nodig zijn om de stand en het tempo van de transitie bij te stellen. Het heeft dus niet alleen een controlerende functie, het zet ook aan tot denken over oplossingen.
Caroline SantamariaOm van circulariteit de standaard te maken, moet het een lonend principe worden voor producenten en consumenten. Want pas dan komen vraag en aanbod met elkaar in evenwicht. Dat is een omschakeling van jewelste, maar gelukkig hebben we nog dertig jaar om daar te komen.
Caroline Santamaria maakt deel uit van nationale en internationale denktanks die zich bezighouden met de vraag hoe je (big) data niet alleen kunt gebruiken om de voortgang van de overgang naar een circulaire economie te meten, maar ook om die transitie te versnellen.
Waarom is het meten van circulariteit belangrijk?
‘In de eerste plaats natuurlijk om te weten hoe we ervoor staan op weg naar het ambitieuze einddoel. Zodra je daar als groep experts een accurate rapportage voor gaat ontwerpen, kom je voor essentiële vragen te staan, zoals: wat zijn dan precies de doelstellingen en bij welk getal op de teller mogen we ons honderd procent circulair noemen?
Meten dwingt je ook om na te denken over de knoppen die nodig zijn om de stand en het tempo van de transitie bij te stellen. Het heeft dus niet alleen een controlerende functie, maar zet ook aan tot het denken over oplossingen. Dat alleen al is een stap verder in de goede richting.’
En, wat moeten we concreet bereiken in 2050?
‘De wereldwijde en ook landelijke ambitie ten aanzien van circulariteit heeft een aantal onderliggende doelen: de belangrijkste grondstoffen moeten beschikbaar blijven zodat er genoeg voorraad is voor volgende generaties. De CO2-uitstoot, gerelateerd aan de productie van nieuwe producten, moet beperkt worden om klimaatverandering tegen te gaan. We willen de biodiversiteit herstellen en streven naar een meer inclusieve samenleving. Met een circulaire economie kunnen we waarde creëren en groei realiseren binnen de randvoorwaarden van onze planeet.’
Wat is daarvoor nodig?
‘Meer circulair gaan ontwerpen en produceren. Maar alleen daarmee zijn we er nog niet. Er is ook bewustzijn en draagvlak nodig bij de consument. Want als je circulaire producten en diensten hebt maar niemand gebruikt ze, heb je nog steeds geen goed draaiende economie.
Om van circulariteit de standaard te maken, moet het een lonend principe worden voor producenten en consumenten. Want pas dan komen vraag en aanbod met elkaar in evenwicht.
Caroline SantamariaEn zelfs als aanbod en vraag in balans zijn, moet je producten in omloop zien te houden. Daar is onze lineaire economie nog niet op ingericht. Zo moet het repareren van spullen laagdrempeliger worden gemaakt en moeten distributiestructuren ontstaan waardoor producten aan het einde van hun levensduur weer terugvloeien naar producenten, zodat die ze weer kunnen gebruiken voor het maken van nieuwe producten.’
Wat moet je meten om te weten hoever we zijn met de transitie naar een circulaire economie?
‘Het gaat om de transformatie van een ingewikkeld systeem waarin alles met elkaar samenhangt. Alleen weten hoeveel grondstoffen we gebruiken, is daarvoor niet genoeg. We moeten ook weten hoe het staat met de randvoorwaarden die nodig zijn om de economie circulair te krijgen: hoe goed werken bedrijven op dit thema samen, bijvoorbeeld? Hoeveel aandacht heeft het onderwijs hiervoor? Hoe goed hebben we de financiering van circulariteit geregeld? En in hoeverre staat de wet- en regelgeving op groen om circulair te worden?’
Hoever staan we met het meten van de transitie naar de circulaire economie?
‘Die is in volle gang. Op Europees niveau zijn de Ellen MacArthur Foundation en de World Business Council voor duurzame ontwikkeling toonaangevend. Circle Economy publiceert jaarlijks de wereldcirculariteitscore en heeft die ook berekend voor verschillende landen waaronder Nederland
in 2020. Op mondiaal niveau ontwikkelt het ISO standaarden hiervoor. Ons land is daar via de NEN bij betrokken.
Duidelijk is dat we de circulaire economie en de andere transities die gaande zijn, zoals klimaat en digitalisering, niet los van elkaar kunnen zien. Alles hangt samen en dat maakt het uitdagend.
Caroline SantamariaHet Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) is in opdracht van de overheid, samen met andere kennisinstellingen, bezig met een integrale rapportage. Die verschijnt begin 2021. Voor de energietransitie die al langer gaande is, hebben we al wel een Nederlands meetsysteem.’
Welke uitdagingen kom je tegen bij het meten van de voortgang?
‘Sommige aspecten bij het meten van de circulaire economie zijn niet eenvoudig in kaart te brengen. Hoe weet je bijvoorbeeld welke herbruikbare spullen op zolders staan die een nuttige grondstof voor de circulaire economie bevatten? Bepaalde data zul je sowieso nooit krijgen vanwege privacy- of concurrentiegevoeligheid. Andere uitdagingen zijn bijvoorbeeld: hoe giet je de mate van samenwerking tussen bedrijven in een cijfer? En hoe hang je een score aan wat het delen van een tweedehandsje oplevert voor het milieu en de samenleving? En tot slot: de wereld verandert, zeker in dertig jaar. Innovatie, economische crises, verhoudingen tussen landen: er is zoveel dat de boel op zijn kop kan zetten. Het is onvermijdelijk dat we regelmatig terug moeten naar de tekentafel.’
Wat zijn belangrijke lessen tot nu toe over de ontwikkeling van een circulaire economie?
‘Er is nog veel te doen en te leren. Maar duidelijk is al wel dat we de circulaire economie en de andere transities die gaande zijn, zoals klimaat en digitalisering, niet los van elkaar kunnen zien. Neem elektrische apparaten. Vanuit het oogpunt van circulariteit wil je hun levensduur verlengen om de aanschaf van een nieuw product zo lang mogelijk uit te stellen. Maar oudere modellen zijn vaak minder energiezuinig dan nieuwe. Dat lijken concurrerende doelen. Maar als je een product maakt dat upgradable is waardoor het nog lang zuinig blijft, draag je bij aan beide transities. Sterker nog: ze versterken elkaar.
De circulaire economie is voor veel mensen een abstract concept. Maar het zit in alledaagse dingen: je hebt al te maken met circulariteit als je je oude kleding naar een kledingcontainer brengt.
Caroline SantamariaEen ander voorbeeld: streaming van muziek en films. Dat maakt cd’s en dvd’s overbodig en voorkomt dus een boel afval, maar de nieuwe techniek vergt wel extra dataverkeer dat weer de nodige energie slurpt. Alles hangt samen en dat maakt het uitdagend.
Een belangrijke vereiste is draagvlak. Dat begint met kennis en het omarmen van de transitie, het als een kans zien. De circulaire economie zal juist bijdragen aan inclusiviteit en banen creëren die er eerst nog niet waren. Denk aan de reparateur die oude producten weer een nieuw leven geeft, de software ingenieur die nieuwe apps ontwikkelt om producten te traceren of de data-analist die bijdraagt aan het ontwerp van relevantere producten of diensten.
De circulaire economie is voor veel mensen een abstract concept. Maar het zit in alledaagse dingen: je hebt al te maken met circulariteit als je je oude kleding naar een kledingcontainer brengt, of als je een artikel leest over de plastic soep. Circulariteit meetbaar maken helpt ook om te laten zien wat iedereen zelf kan doen, daar ben ik van overtuigd.’