Spectaculair meer biodiversiteit op het platteland rondom de stad, gemakkelijk verkrijgbaar lokaal en biodivers eten en een gezonde bedrijfsvoering voor boeren – Rotterdam de boer op! brengt die droom tot leven. ‘Wat we in ons winkelmandje stoppen, is bepalend voor het landschap en de natuur’, vertelt Natascha Hokke ? , Boswachter Communicatie & Beleven bij Natuurmonumenten. ‘Je kunt het landschap letterlijk mooi eten.’
In 2021 ging het initiatief van start dankzij een gift van 5 miljoen euro van de Nationale Postcodeloterij. ‘Dat de biodiversiteit achteruitholt, staat vast. Bij Natuurmonumenten merkten we dat we vooral bezig waren om het in onze eigen natuurgebieden op orde te krijgen. Terwijl: om echt verschil te maken, moet je over je eigen grenzen heen kijken. Alleen door samen te werken, kunnen we het tij keren.’
Als consument wil je mooie natuur, maar ga je in de supermarkt vaak toch voor gemak en betaalbaarheid.
Natascha Hokke, Boswachter Communicatie & Beleven bij NatuurmonumentenSamenwerken aan een droom
Sinds het begin werkt initiatiefnemer Natuurmonumenten daarom samen met een groeiende coalitie – een ‘beweging’, zegt Hokke – van partijen uit de keten, van boeren, ondernemers en (online) retailers tot financiële instellingen, natuurorganisaties en kennisinstituten. ‘Inmiddels zijn dat er meer dan twintig, van wat kleinere, regionale partijen als Rechtstreex Rotterdam en Rotterdamse Oogst tot grote nationale en internationale spelers als Picnic, Rabobank en Friesland Campina.’
De deelnemende organisaties werken aan de doelstelling van Rotterdam de boer op! via verschillende sporen:
- boodschappen doen met hart voor de natuur om de stad;
- sterkere verbinding tussen stad en platteland;
- ondersteunen van boeren die een stap willen zetten naar meer natuurinclusief boeren;
- voortdurend monitoren en evalueren.
Terug naar de basis
‘Als consument wil je mooie natuur, maar ga je in de supermarkt vaak toch voor gemak en betaalbaarheid. Voor het eerste spoor onderzoeken we hoe we producten van rondom de stad in lokale winkels krijgen, én hoe we consumenten kunnen verleiden om ze daadwerkelijk te kopen.’ Geen makkelijke opgave, zo blijkt.
‘Rotterdam is een van de meest verstedelijkte gebieden van Nederland, toch is er rondom de stad veel boerenland met variatie in grondsoorten. Maar veel Rotterdammers hebben daar geen idee van. Zo vind je veenweide in Midden-Delfland, Krimpenerwaard en Alblasserwaard: heel geschikt voor veehouderij en dus de productie van kaas, melk en vlees. Meer ten zuiden van de stad zit kleigrond, ideaal voor aardappelen, groenten en fruit. Je kunt dus al snel een winkelmandje vullen met dagelijkse boodschappen uit de regio.’
Aardbeien in december, sperziebonen in april: doordat veel groenten en fruit het hele jaar door in de supermarkt liggen, zijn we steeds verder af komen te staan van de natuur en de seizoenen. Lokaal en biodivers boodschappen doen versterkt die verbinding tussen stad en platteland weer, stelt Hokke. ‘Als je merkt dat niet alles jaarrond verkrijgbaar is, ga je vanzelf diverser en meer volgens de seizoenen eten. Terug naar de basis, zoals we eeuwenlang gewend waren.’
Zo’n tweehonderd gezinnen bepalen samen met de boer wat er op het land komt en wat voor dieren er rondlopen.
Natascha Hokke, Boswachter Communicatie & Beleven bij NatuurmonumentenEerste vlaggen geplant
Het project loopt nu zo’n twee jaar. ‘In het eerste jaar kwam er ontzettend veel op ons af. Logisch, want het is nog veel experimenteren en proberen. We hebben bijvoorbeeld veel moeten leren over hoe de agrarische sector werkt. Onze focus lag tot nu toe vooral op het opzetten van een professioneel netwerk, maar we hebben inmiddels ook in de praktijk de eerste vlaggen kunnen planten.’
Zo is in samenwerking met ondernemer Wessel van Winden van restaurant The Harvest een speciale Rotterdam de boer op!-bowl samengesteld. ‘Via een QR-code bij het gerecht zie je in een video precies waar de ingrediënten vandaan komen.’ Ook is een begin gemaakt met de aanleg van een aantal voedselbossen aan de stadsrand en werden stedelingen tijdens de Rotterdam de boer op!-dagen uitgenodigd om op bezoek te gaan bij boeren in de omgeving.
Burgers en boeren
Een bijzondere mijlpaal is de opening van de eerste herenboerderij ? in de regio Rotterdam. ‘Vroeger had je heel veel herenboerderijen in Nederland, dit is een moderne variant daarvan: een coöperatie van burgers die gezamenlijk een boer in loondienst hebben. Zo’n tweehonderd gezinnen bepalen samen met de boer wat er op het land komt en wat voor dieren er rondlopen.’ Naast een eenmalige investering kunnen de leden van de coöperatie wekelijks voor een bepaald bedrag een pakket met verse boodschappen van de boerderij afhalen.
Ook voor de boer zelf zijn er voordelen aan deze manier van werken. Niet alleen de lusten, ook de lasten zijn verdeeld. Mislukt een oogst, dan draagt de coöperatie dat, maar ontvangt de boer gewoon zijn salaris. ‘Er wordt al jaren over de landbouw gepraat’, stelt Hokke, ‘maar omschakelen naar een duurzamere bedrijfsvoering is voor veel boeren nog een flinke uitdaging. Daarom draait één van onze sporen om het faciliteren van boeren die biodiverser willen gaan werken, maar dat door gebrek aan kennis of financiële middelen alleen niet voor elkaar krijgen. Zo zijn we onder andere bezig met een fonds dat de transitie naar natuurinclusief boeren mogelijk moet maken.’
Over vijf jaar hoop ik dat we stad en land echt met elkaar verbonden hebben.
Natascha Hokke, Boswachter Communicatie & Beleven bij NatuurmonumentenBiodivers handelingsperspectief bieden
Kleine ‘speldenprikjes’ daargelaten, zet Rotterdam de boer op! nog niet vol in op het betrekken van de burger door bijvoorbeeld een publiekscampagne. ‘Dat werkt pas als we echt iets te bieden hebben. We zijn nu nog vooral aan het kijken: waar en hoe kunnen we die handelingsperspectieven bieden? Gedragsverandering is essentieel.’ Dat geldt door de hele keten, maar zeker ook voor de consument.
‘Over vijf jaar hoop ik dat we stad en land echt met elkaar verbonden hebben. Met Rotterdammers die lokaal en biodivers hun boodschappen doen en een concept dat wellicht ook op andere plekken in Nederland toegepast kan worden. Als we consequent samenwerken aan het versterken van de biodiversiteit, zie je dat de natuur de ruimte terugpakt en dat het al snel beter gaat. Soms lijkt het misschien alsof je weinig invloed hebt, maar iedereen kan met zijn of haar keuzes het verschil maken voor de biodiversiteit.’