Nederland streeft ernaar om in 2030, over acht jaar dus, het grondstoffengebruik gehalveerd te hebben. De ambitie voor 2050 ligt nog hoger. Dat jaar moet de Nederlandse economie volledig circulair zijn, dus helemaal geen afval meer produceren. Het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) monitort de voortgang van de circulaire transitie. Begin februari publiceerde het PBL het Voortgangsbericht Circulaire Economie 2022. In het rapport wordt benadrukt dat er werk aan de winkel is. Om de forse ambitie van een volledig circulaire economie in 2050 te realiseren is het volgens het PBL noodzakelijk dat het circulaire-economiebeleid met meer 'drang en dwang' wordt geïntensiveerd, dat de voornemens uit het nieuwe coalitieakkoord worden geconcretiseerd en dat er kabinetsbreed wordt samengewerkt.
In januari 2021 verscheen de eerste Integrale Circulaire Economie Rapportage (ICER). Dit rapport, ook afkomstig van het PBL, brengt in kaart in welke mate de beleidsdoelen voor circulaire economie zijn gerealiseerd en waar bijsturing nodig is. De ICER verschijnt iedere twee jaar. De opdracht voor het maken van dit rapport komt van het kabinet.
Het rapport dat nu verschijnt, het Voortgangsbericht Circulaire Economie 2022, is een tussenrapportage. In het rapport wordt ingegaan op een aantal indicatoren uit de ICER. Een deel wordt in het Voortgangsbericht geactualiseerd. De belangrijkste conclusie is echter dat er sinds vorig jaar weinig veranderd is. Het beeld dat ons grondstoffengebruik de verkeerde kant op gaat blijft.
Kanttekening: vooral recycling?
Hoewel er tal van circulaire initiatieven en projecten zijn, vaak ook gesubsidieerd, richten veel zich nog op recycling, zo lezen we in het rapport van het PBL. Recycling is een van de laagst gewaardeerde circulaire strategieën. Liever zien we dat strategieën als het verlengen van de levensduur van producten, bijvoorbeeld door ze beter repareerbaar en deelbaar te maken, meer aandacht krijgen. Door de huidige sterke focus op het recyclen van materialen blijven potentiële kansen voor efficiënter grondstoffengebruik onbenut, zo wordt gesteld.
Kanttekening die we hierbij willen plaatsen is dat hoger gewaardeerde circulaire strategieën lastig meetbaar zijn. Recycling van materialen is heel concreet en daardoor goed meetbaar. Maar hoe meet je het delen en hergebruiken van producten? Of het niet langer gebruiken van bepaalde producten of grondstoffen? Iets meten dat er niet is, is lastig. Hier moet meer aandacht voor komen.
Een lineaire economie is onhoudbaar. De aarde biedt geen oneindige bron aan grondstoffen. De R-ladder, die onder meer door het Planbureau voor de Leefomgeving gebruikt wordt, toont strategieën voor een circulaire economie en laat zien hoe we anders met grondstoffen kunnen omgaan.
Duurzaamheid.nl ontwikkelde een variant van de R-ladder die voor iedereen begrijpbaar is: de Trap tegen troep.
Koppel de circulaire transitie aan de klimaattransitie
Hoe we snellere en grotere stappen in de richting van een circulaire economie gaan zetten? Daar is gerichter overheidsbeleid voor nodig, zo stelt het PBL in het rapport. Er is behoefte aan meer dwang. Het koppelen van de circulaire transitie aan de klimaattransitie is een belangrijke voorwaarde die hierbij meegenomen dient te worden. Deze boodschap wordt onderstreept door de voorzitters van de transitieagenda's. De transitieagenda’s zijn opgesteld om de transitie naar een circulaire economie op verschillende belangrijke thema’s te versnellen. De vier voorzitters van de transitieteams stuurden onlangs een brief naar staatssecretaris Heijnen (Infrastructuur en Waterstaat), minister Jetten (Klimaat en Energie) en hun collega’s. De belangrijkste boodschap van de brief? Koppel de circulaire transitie aan de klimaatopgave.
In de brief wordt onder meer uitgelegd dat door de circulaire transitie te koppelen aan de klimaatopgave, er grote stappen gezet kunnen worden. TNO berekende in 2021 dat circulaire maatregelen maar liefst 7,2 Mton aan CO2-reductie kunnen realiseren.
De circulaire economie vormt de smeerolie tussen klimaat, biodiversiteit, grondstoffen en economie.
Anne-Marie Rakhorst, voorzitter Transitieagenda Consumptiegoederen en initiatiefnemer Duurzaamheid.nl