Beestjes, kou, droogte, een eindige portie geduld en vakantieperiodes. Bij elkaar zorgen ze ervoor dat de moestuintjes op scholen aan populariteit inleveren, merkte landbouwkundig ingenieur Ida Hendricks. Om voedselonderwijs het hele schooljaar leuk te houden en in een breed perspectief te plaatsen, ontwikkelde ze een dummy-proof en hightech teeltprogramma: GrowWizzKid.
GrowWizzKid laat kinderen op school kennismaken met moderne voedsel-technieken. Aan de hand van het kweken van gewassen met een modern binnenteeltsysteem leren kinderen over de herkomst van voeding, gezonde leefstijl, techniek, natuur en duurzaamheid.
Je was jarenlang consultant in de tuinbouw. Daar hield je je bezig met de veredeling van groentezaden en met de logistiek van sierteelt. Hoe ben je in het onderwijs verzeild geraakt?
‘In 2012 hielp ik supermarktketen SPAR met een moestuinproject voor scholen. Ik stuurde de scholen elke week instructies met wat er die week in hun tuintje moest gebeuren. Maar traditionele landbouwmethoden bleken over het algemeen geen goede match met de dynamiek van het onderwijs. Bij het inzaaien in maart was iedereen nog dolenthousiast. Vervolgens duurde het ontkiemen een eeuwigheid. En dan vielen er ook nog regelmatig tuintjes ten prooi aan ongedierte. Tegen de meivakantie waren de meesten er wel klaar mee. En het grote oogstmoment viel uitgerekend in de zomervakantie.
Kinderen de herkomst van eten uitleggen, is essentieel: het draagt bij aan een betere gezondheid en daarmee tot betere schoolprestaties, minder schooluitval en een gezondere levensstijl.
Ida HendricksBovendien zat me iets dwars. Kinderen de herkomst van eten uitleggen, is essentieel: het draagt bij aan een betere gezondheid en daarmee tot betere schoolprestaties, minder schooluitval en een gezondere levensstijl. Maar waarom leren we ze alleen hoe we van oudsher groenten verbouwen? We kunnen ze toch ook de huidige technieken leren? Technieken die, dankzij innovatief en onconventioneel denken, het tienvoudige per vierkante meter opleveren ten opzichte van klassieke manieren. Dan snappen ze ook waarom zoveel van de exotische producten in onze schappen van Nederlandse bodem kunnen komen. En creëren we bij hen besef van het water en de logistiek die we door techniek besparen.’
Na afloop van het moestuinproject onderzocht Hendricks de interesse in een ‘2.0 teeltprogramma’. Veel scholen hadden daar wel oren naar. Maar alleen als het een volwaardig onderdeel zou worden van het curriculum. Als project naast de reguliere lesstof is het te tijdrovend. Daarop benaderde Hendricks een aantal innovatieve bedrijven uit de tuinbouwsector, waaronder Philips Lighting (nu Signify). Voor hen verzorgde ze ooit een roadshow met mobiele kweektorens om hun speciale ledlampen bij tuinbouwers te introduceren: kasten met meerdere etages om plantjes te kweken, met in hoogte verstelbare roze ledverlichting erboven dat zonlicht onnodig maakt. Met hulp van haar netwerk ontwikkelt ze complete kweektorens die geschikt zijn voor in een school.
Voor het gebruik van de kweektorens schreef Hendricks tientallen lessen over teelt-, oogst- verwerkings-, en kooktechnieken. Een onderwijskundige werkte ze uit, zodat ze voldoen aan alle benodigde richtlijnen. In de lessen moeten de kinderen zelf de handen uit de mouwen steken, want Hendricks acht 21e-eeuwse vaardigheden essentieel voor het bedenken van oplossingen om de planeet leefbaar te houden. Ook wordt in de lessen regelmatig een verband gelegd tussen verschillende teeltmethodes en de SDG’s, om zo de betekenis van de duurzame ontwikkelingsdoelen uit te leggen aan leerlingen en leerkrachten. In 2015 volgde een pilot bij twee basisscholen.
Wat leerde je van de pilot?
‘De kinderen waren super enthousiast. Ze vroegen regelmatig wanneer ze weer aan de slag mochten met de ‘GrowWizzKid’, zoals we het systeem hadden gedoopt. Het zette ze aan het denken: ‘Ik zie hier in de paprika een zaadje. Zou dat ontkiemen als we die in de GrowWizzKid stoppen?’ Door gewoon uit te proberen, ontdekten de kinderen het principe van circulair telen. De leerkrachten vonden het ook leuk, en spannend. Vooral degenen zonder groene vingers waren bang dat de oogst zou mislukken, zelfs al is dat bijna onmogelijk als je de instructies opvolgt. ‘Laat maar gewoon gebeuren’, stelde ik ze gerust, ‘dat is lerend ontdekken.’ Ook kregen we als tip om de GrowWizzKid niet kant-en-klaar, maar als bouwpakket te leveren, zodat montage en demontage van het systeem technieklessen op zichzelf waren. Een goed idee dat we hebben toegepast.’
Bron: Stanford University
Benaderden leerlingen en docenten het programma op dezelfde manier?
‘Nee, er was echt een generatieverschil. Hoe vaak heb ik een volwassene wel niet horen zeggen: ‘Dat roze licht kan toch nooit goed zijn? Het lijkt wel een fabriek!’ Veel mensen realiseren zich niet dat nagenoeg alle vruchtgewassen zoals komkommer, tomaat, aubergine, paprika en courgette uit kassen komen. Dat geldt ook voor bladgewassen zoals sla, rucola, radijs, zuring en kruiden, en in toenemende mate ook voor aardbeien. Gewassen die meer tijd nodig hebben om uit te groeien tot volwassen product worden nog wel buiten geteeld. Wortel, koolsoorten, prei en bietjes bijvoorbeeld.
Kinderen vroegen zich hele andere dingen af, zoals: verbruikt dat roze licht niet heel veel stroom? Als ik ze dan het stroomverbruik liet vergelijken met dat van het digibord, vroegen ze: ‘Waarom heeft onze school geen zonnepanelen op het dak?’ Leerlingen zagen veel meer dan leerkrachten de systematiek achter duurzaamheid.’
In 2017 ging GrowWizzKid officieel van start. Leveranciers en kennisinstellingen uit Hendricks’ netwerk financieren, in ruil voor productplacement, kennis en grondstoffen: het grondmengsel, zaden, lampen, voedingsstoffen, potjes, traytjes, stekmateriaal en kennis van binnenteelttechnieken. Inmiddels hebben veertig scholen (twee derde basisschool, een derde voortgezet onderwijs) het programma gekocht. Ida wordt inmiddels vergezeld door vier collega’s.
Welke langetermijnkansen biedt voedselonderwijs in deze vorm?
‘Het leert kinderen bewuster te kijken en keuzes te maken, van beroep tot levensstijl.’
Wat kan helpen om het animo hiervoor onder scholen verder te vergroten?
‘We krijgen vooral voet aan de grond bij scholen die zich verantwoordelijk voelen voor de klimaatdoelen. Helaas, heb ik ontdekt, is het gros van de scholen niet bekend met de SDG’s, en beschouwen veel leraren en docenten verduurzaming als een taak van de overheid en niet van het onderwijs. Met ons programma doen we ons best om hier verandering in te brengen – we verwijzen bijvoorbeeld naar 17doelendiejedeelt.nl, waar de werelddoelen duidelijk staan uitgelegd – maar het zou helpen als duurzaamheid voor de scholen al een prioriteit zou zijn. Ouders kunnen ook helpen. Veel volwassenen vertellen me: had ik dit zelf maar op school gehad! Tegen hen zeg ik dan ook: als je dit voor je kind wilt, vertel het dan aan je schoolbestuur!’
Meer weten? Bezoek de website van GrowWizzKid