Wie denkt aan verduurzaming van logistieke processen, denkt al snel aan elektrische vrachtwagens en energieneutrale distributiecentra. Maar échte winst is te behalen voor bedrijven die verder durven te kijken dan transport en opslag, zegt hoogleraar Supply Chain Management Jack van der Veen van Nyenrode Business Universiteit. Van der Veen pleit voor ketensamenwerking: een aanpak die inzet vergt van alle betrokkenen, met als stip aan de horizon een gezamenlijk doel.
‘Als ik in de klas vraag: “Jongens, wat is logistiek?”, krijg ik als antwoord: “iets met vrachtwagens en dozen.”’ Jack van der Veen vindt het belangrijk om het videogesprek te beginnen met een definitie, maakt hij duidelijk vanuit zijn kantoor op Nyenrode. ‘Logistiek gaat over transport en opslag’, legt de hoogleraar uit. ‘Alle bedrijven die daarin werkzaam zijn, zoals UPS en Post NL, vormen de logistieke sector. Maar er zijn ook veel organisaties die wél tal van logistieke activiteiten uitvoeren, maar niet tot die sector behoren. Denk bijvoorbeeld aan een Jumbo.’
Van korrel tot borrel, van grond tot mond, van koetje tot toetje: dát is de keten
Jack van der VeenNiet de sector maar de keten moet duurzaam
Juist wanneer het gaat over duurzaamheid, is dit ‘definitiedingetje’ van belang, benadrukt Van der Veen. Want als je streeft naar duurzame logistiek, wat is dan precies het doel? Gaat het om transport en opslag, of neem je de hele supply chain onder de loep? De hoogleraar pleit voor het laatste: ‘Als we het transportgedeelte groen maken, betekent dat niet dat in één keer de hele keten groen is. Mijn stelling is daarom: houd op over de logistieke sector. We moeten kijken naar integrale ketens, waar logistiek altijd deel van uitmaakt.’
De keten wordt gevormd door alle stappen en schakels die nodig zijn om van grondstof tot eindproduct te komen. ‘Van korrel tot borrel, van grond tot mond, van koetje tot toetje’, illustreert Van der Veen met een knipoog.
Samen om tafel
Het vormgeven van zo’n proces kan volgens de hoogleraar op drie manieren. De eerste: alle spelers, van logistieke bedrijven tot boeren en andere producenten, doen ‘hun eigen ding’. Van der Veen: ‘Het idee is dan: als iedereen goed werk doet, doen we samen óók goed werk. Maar in een supply chain is iedereen afhankelijk van elkaars acties. Als ik iets doe wat handig is voor mezelf, is dat niet per se handig voor de ander.’
Een andere manier om een keten te besturen, is dat één dominante speler alle andere partijen vertelt wat ze moeten doen. ‘Dan moet je denken aan Amazon-achtige toestanden’, licht Van der Veen toe: ‘een aanpak van my way or the highway’. De derde vorm is de lastigste, maar wel de strategie waar Van der Veen en coauteur Michel van Buren voor pleiten in hun boek Regisseer de Keten: een aanpak van ketensamenwerking. Van der Veen: ‘Daarin zeg je: niet één iemand is de baas, maar je moet dingen samen regelen. Dat vraagt de inzet van alle partijen, met een gezamenlijk doel.’
Samenwerking begint ermee dat je iedereen die met de keten te maken heeft, om één (letterlijke of figuurlijke) tafel krijgt. Van der Veen: ‘Iedereen kent zijn toeleveranciers en klanten, maar ken je ook de leverancier van je leverancier, of de klant van je klant? Heel vaak is dat niet zo. Dat noemen we intransparantie: je hebt niet het hele overzicht. En dus kan het zomaar zijn dat ergens in jouw keten iets gebeurt waar je niet vanaf wist, maar dat tóch een enorme impact op jou heeft.’
Common ground als basis
Wanneer je eenmaal iedereen om tafel hebt, is het zaak een gezamenlijk doel te vinden, een common ground. De derde en laatste stap is volgens de hoogleraar het lastigst: het bereiken van persoonlijke toewijding, ofwel personal commitment. Van der Veen: ‘Dat houdt in dat iedereen die aan tafel zit, bereid is om alles te laten vallen om dat gezamenlijke doel te laten slagen. Daarom is duurzaamheid zo lastig: iedereen moet zich eraan committeren. Als één partij denkt: “even zonder mij”, dan gaat het niet vliegen.’
Bekende voorbeelden van bedrijven die een geslaagde ketensamenwerking op touw hebben gezet, zijn onder meer Tony’s Chocolonely, dat als missie heeft ‘slaafvrije chocola’ te maken en de route van zijn cacaobonen monitort met behulp van een ‘bean tracker’, en Kipster, dat voor zijn eieren bewust een zo kort mogelijke, gesloten keten inrichtte om tot een ei met een zo klein mogelijke CO2-voetafdruk te komen.
Iedereen kan regisseur van de keten zijn, zelfs een externe partij.
Jack van der VeenIedereen kan regisseur zijn
Hoe bepaal je eigenlijk wie de keten gaat regisseren? ‘Het moeilijkste is om bij die vraag niet te redeneren vanuit marktdominatie’, zegt Van der Veen. ‘Iedereen kan regisseur zijn, zelfs een externe partij. Ik vergelijk het wel eens met de voorzitter van de Tweede Kamer: Vera Bergkamp is daar niet de baas, maar ze is wél de regisseur van alle discussies die er plaatsvinden.’
En als je als organisatie aan de slag wilt met ketensamenwerking, hoe begin je dan? Van der Veen onderstreept dat alleen al het in kaart brengen van de keten een grote klus is, die een supply chain manager vaak niet zomaar naast zijn of haar dagelijkse werkzaamheden kan oppakken. Regisseer de Keten is daarom net name een oproep aan CEO’s. ‘We zeggen: zorg nou dat je een Vice President Supply Chain hebt die deze rol kan krijgen binnen je organisatie’, aldus de hoogleraar. Zo’n persoon moet over méér beschikken dan inhoudelijke kennis van logistieke processen, vervolgt hij: ‘Je moet er de leiderschapsstijl en het verbindend vermogen voor hebben: het vraagt veel van je persoonlijkheid en inlevingsvermogen om iedereen mee te krijgen in een gezamenlijk doel.’
We moeten toe naar een ketenregisseur die zegt: “Ik weet het ook niet allemaal, maar ik heb jullie nodig. Ik breng jullie naar de tafel, ik zorg dat het gezamenlijke doel wordt bewaakt en dat iedereen persoonlijke toewijding ervaart.”
Jack van der VeenHoewel het opzetten van een ketensamenwerking dus een uitdagend proces kan zijn, leert Van der Veen’s ervaring dat doelen met betrekking tot duurzaamheid zich er goed voor lenen om mensen echt te motiveren. ‘Het is iets wat je kan raken als persoon’, legt de hoogleraar uit. ‘Hier op Nyenrode noemen we dat stewardship: het idee is dat je de aarde beter wilt achterlaten voor de volgende generatie dan hoe jij hem hebt aangetroffen. En dat bedrijven een force of good zijn in plaats van een soort pinautomaat waar je in korte tijd zoveel mogelijk geld uit haalt. Daar krijg je mensen al snel enthousiast voor.’
In de rol ketenregisseur ligt ook voor dienstverlenende partijen in de logistieke sector een kans, denkt Van der Veen. De hoogleraar doelt op partijen die zelf geen vrachtwagens of opslagplekken hebben, maar die supply chain management uit handen nemen van derden. Van der Veen: ‘We moeten toe naar een ketenregisseur die zegt: “Ik weet het ook niet allemaal, maar ik heb jullie nodig. Ik breng jullie naar de tafel, ik zorg dat het gezamenlijke doel wordt bewaakt en dat iedereen persoonlijke toewijding ervaart.” En ik denk dat de logistieke sector die taak moet krijgen, om het algemeen belang te dienen en al die partijen te regisseren.’