De overheid en de EU pleiten voor strengere wet- en regelgeving voor de verduurzaming van de textielindustrie. Eén van de maatregelen is de invoering van een digitaal productpaspoort. Het paspoort moet de keten transparanter maken en meer inzicht geven in de waardeketen van een kledingstuk. Dit helpt de consument om een meer verantwoorde keuze te maken. De eerste productpaspoorten in de textielindustrie worden in 2026 verwacht. Het Nederlandse softwareplatform tex.tracer helpt kledingmerken en retailers op weg.
We spreken Jolanda Kooi, CEO en mede-oprichter van tex.tracer, precies tien jaar na de ramp van Rana Plaza in Bangladesh. De gebeurtenis maakte dat Kooi een actievere rol wilde spelen in het verbeteren van de textielketen. Met haar compagnon Bart Westerman werkte ze al jaren aan het ontwikkelen van kledingcollecties en het produceren ervan in het Verre Oosten. Ze gingen er aan de slag met het verbeteren van zowel de materialen (bijvoorbeeld het gebruik van organic cotton en gerecyclede materialen), als de sociale omstandigheden in de fabrieken. ‘Je kunt je vrij makkelijk verschuilen achter certificeringen en dat wilden we niet doen. We wilden echt kennis van de keten hebben en op basis van die kennis daadwerkelijk het verschil kunnen maken,’ vertelt Kooi.
"Je kunt je vrij makkelijk verschuilen achter certificeringen. Wij wilden echt kennis van de keten hebben en op basis van die kennis het verschil kunnen maken"
Dieper de keten in
Ze zijn met hun partners de keten ingedoken. ‘Veel bedrijven hebben contact met de confectiepartner, maar wij gingen dieper de keten in, via de ververij, naar de weverijen en zo verder. Zo zijn we alle stappen in de keten nagegaan, om inzicht te krijgen en het gesprek aan te gaan met alle betrokken partijen. Zo konden we zowel de sociale standaarden in de fabrieken daar als ook de milieu-indicatoren aanpakken en ervoor zorgen dat we daadwerkelijk betere producten geleverd krijgen bij onze klanten.’ Hun klanten reageerden daar erg positief op. Kooi en haar compagnon realiseerden zich al snel dat het tijd was om een transparantie-platform te ontwikkelen dat niet alleen hun toenmalige klanten inzicht gaf maar dit ook zou kunnen doen voor andere merken of retailers. Dit was het begin van tex.tracer.
De data die wij verzamelen op basis van de input die een bedrijf levert, maakt de keten inzichtelijk en laat daarmee ook zien waar mogelijkheden zijn voor verduurzaming.
Jolanda Kooi, CEO tex.tracerBlik op net-zero
tex.tracer ontwikkelde een softwareplatform dat merken en retailers specifiek in de textiel helpt bij het verkrijgen van inzicht in hun keten, zodat ze kunnen verduurzamen. Het doel is samen toe te werken naar 2050 wanneer een net-zero, ofwel 100 procent circulaire textielindustrie, verwezenlijkt moet zijn.
Op het platform kunnen bedrijven informatie uploaden over een specifiek product. Het gaat hier om geverifieerde data, die opgehaald wordt bij de bron: als het gaat over garens komt de informatie van de garenboer, wanneer het gaat over de confectie van het product, dan levert het confectieatelier de gegevens. Om ervoor te zorgen dat de informatie opgenomen in tex.tracer klopt worden drie stappen doorlopen.
- Authenticatie: Elke ketenpartner laadt productgegevens, foto’s en documenten in de tex.tracer web-app. Met behulp van een gecodeerde tijdstempel en geolocatiegegevens kan tex.tracer controleren of alle ingevoerde informatie overeenkomt met de tijd en met de locatie waar de fabriek zich bevindt.
- Blockchain-technologie helpt om de verkregen data onveranderlijk te maken, zodat deze niet meer aangepast kan worden. tex.tracer gebruikt private, permission-based blockchain. In tegenstelling tot public blockchain (bekend van bijvoorbeeld Bitcoin), is de energieconsumptie beperkt en de klanten kunnen ervan op aan dat hun data vertrouwelijk blijft.
- Als laatste controlestap is er de interactie tussen leveranciers. Deze zogenaamde peer-to-peer reviews voegen een extra controle toe om te garanderen dat de ingevoerde gegevens ook worden ondersteund door de daaropvolgende ketenpartner. Aan de hand van bijvoorbeeld een paklijst wordt nagegaan of de partner de juiste goederen heeft ontvangen.
Kooi benadrukt dat het proces zeker niet 100% betrouwbaar is, maar hoe meer data wordt verzameld, hoe beter tex.tracer ook algoritmes kan laten werken die weer kunnen oppikken of dingen niet of juist wel correct zijn.
Mogelijkheden voor verduurzaming
Inzicht in de keten wordt steeds belangrijker in verband met de strengere wet- en regelgeving aangekondigd vanuit de EU. ‘Een paar jaar geleden waren we een nice to have. Nu wordt het een must have voor bedrijven,’ verduidelijkt Kooi. De UPV voor textiel (waar de producent verantwoordelijk is voor textielinzameling) en het eerdergenoemde productpaspoort zijn daar mooie voorbeelden van.
Wanneer een bedrijf samenwerkt met tex.tracer krijgt het toegang tot een dashboard. ‘De data die wij verzamelen op basis van de input die een bedrijf levert, maakt de keten inzichtelijk en laat daarmee ook zien waar mogelijkheden zijn voor verduurzaming.’ Dat kan door bijvoorbeeld voor een andere leverancier te kiezen, of andere materialen te gebruiken. Volgens Kooi is de modebranche nu aan zet. ‘De overheid heeft zeker een rol te spelen, maar uiteindelijk moet de modebranche het zelf doen.’
Eerlijk katoen
‘Door de manier van werken leren we merken en retailers om verder te kijken dan certificeringen,’ vervolgt Kooi. Een voorbeeld: door product- en ketendata op te halen via het platform kreeg een tex.tracer-klant inzicht in de oorsprong van de biologische katoen in een GOTS ?
gecertificeerd kledingstuk. Deze katoen bleek afkomstig te zijn uit het Chinese Xinjiang, een regio die bekendstaat om de slechte omstandigheden van de Oeigoerse minderheid. Door deze informatie kon het bedrijf een weloverwogen keuze maken. Het bedrijf besloot om in gesprek te gaan met de leverancier en voortaan de biologische katoen uit andere regio’s te betrekken. Zo wordt het platform ingezet voor verduurzaming van zowel de milieu- als sociale aspecten.