Repair eu New phone only 249 purple 2
Repair eu Universal right to repair
Repair.eu

Op het moment dat je smartphone stuk gaat, koop je waarschijnlijk een nieuw exemplaar. Maar eigenlijk heb je ook twee andere opties: je smartphone laten repareren of – voor de echte techneuten – zelf repareren. Helaas maakt de gemiddelde smartphone-fabrikant repareren niet makkelijk: materialen zijn vastgelijmd, officiële onderdelen zijn niet of moeilijk verkrijgbaar en handleidingen zijn er niet. Kies je voor reparatie via de fabrikant, dan hangt hier vaak een erg hoog prijskaartje aan. Kortom, het is niet zo gek dat de gemiddelde consument niet voor reparatie kiest. Het recht op reparatie, wetgeving die in heel Europa in opkomst is, moet hier voor de hele elektronicasector verandering in brengen.

In een circulaire economie worden grondstoffen zo lang mogelijk hoogwaardig hergebruikt. Het ontwerpen van apparaten op zo’n manier dat ze makkelijker te zijn repareren, draagt daar aan bij. Je kunt hierdoor langer met een apparaat doen. En daar zit het spanningsveld. Het is niet in het belang van de sector dat producten veel langer meegaan. Fabrikanten willen het liefst zoveel mogelijk nieuwe producten verkopen, want dat levert het meeste geld op.

79 procent van de EU-burgers vindt dat fabrikanten wettelijk verplicht moeten zijn om de reparatie van digitale apparaten of de vervanging van hun afzonderlijke onderdelen te vergemakkelijken.

‘la loi anti-gaspillage pour une économie circulaire’

Wanneer een sector zelf niet in actie komt om te verduurzamen, kan de overheid door middel van regelgeving een sector een duwtje in de juiste richting geven. Frankrijk loopt hierin voorop. Daar is sinds begin dit jaar een wet van kracht gericht op het recht op reparatie: ‘la loi anti-gaspillage pour une économie circulaire’. De vertaling: ‘de anti-afvalwet voor een circulaire economie’.

Wat de wet inhoudt? Elektronische producten moeten in Frankrijk worden voorzien van een label met een score die de repareerbaarheid van het product aangeeft op een schaal van één tot tien. De repareerbaarheid wordt beoordeeld op een aantal punten, zoals de verkrijgbaarheid en prijs van reserveonderdelen. De Franstalige website Indice de réparabilité (‘reparatie-index’) toont een overzicht van alle producten die inmiddels zo’n label hebben.

Europese aanpak: het begin is gemaakt

Ook in de rest van Europa is er beweging zichtbaar. Zo werd er eind 2020 nog een resolutie aangenomen door het Europees Parlement die zich richt op het stimuleren van hergebruik en reparatie. Daarbij wil Europa praktijken aanpakken die de levensduur van producten inkorten, zoals software-updates die een apparaat trager maken.

Sinds begin maart geldt er strengere Europese regelgeving gericht op het repareren van spullen: de ecodesign-wetgeving is uitgebreid. Fabrikanten van koelkasten, diepvriezers, vaatwassers, wasmachines en televisies zijn nu wettelijk verplicht om hun apparaten beter repareerbaar te maken. Concreet houdt dat in dat fabrikanten voor langere tijd - zeven tot tien jaar, afhankelijk van het product - een reeks essentiële reserveonderdelen op voorraad moeten houden. Ook moet een fabrikant volgens de wet professionele reparateurs van reparatie-informatie voorzien. In september volgen regels gericht op verlichting en de komende jaren volgen regels voor andere producten.

Repair.eu: ‘En smartphones dan?’

Niet iedereen vindt deze regels ver genoeg gaan. Zo mist de organisatie Right to Repair, waarin meerdere Europese bewegingen die zich inzetten voor het recht op reparatie zijn vertegenwoordigd, regelgeving voor smartphones en laptops. Ook stellen ze dat er met de ecodesign-wet geen afspraken over de prijs voor reserveonderdelen zijn, een groot deel van de reserveonderdelen alleen voor professionele reparateurs beschikbaar hoeven te worden gesteld en er nog altijd geen afspraken zijn over het up-to-date houden van software.

Nederland telt meer dan vijfhonderd Repair Cafés. Het concept is internationaal, er zijn Repair Cafés in zesendertig landen.

Bron: FD

Repair cafés, waarvan er in Nederland inmiddels meer dan vijfhonderd te vinden zijn, zijn ook nog niet tevreden. Zij worden volgens de wetgeving niet gezien als professionele reparateurs, en kunnen dus vooralsnog weinig met de nieuwe regels.

Toch klinken er ook positieve geluiden. Want hoewel er absoluut nog stappen te zetten zijn, zien we dat het recht op reparatie en een lange levensduur van producten steeds beter worden verankerd in onze maatschappij. En dat is goed nieuws voor de overgang naar een circulaire economie.

Deel dit artikel op social media