#WatAls: welvaart die blijft werken
Stel je een Nederland voor waarin welvaart breed wordt gedeeld en publieke voorzieningen zoals zorg en onderwijs ook in de toekomst betaalbaar blijven. Een land dat minder afhankelijk is van andere continenten voor energie, technologie en grondstoffen, en daardoor beter bestand is tegen geopolitieke spanningen en verstoringen in wereldwijde ketens. In dat toekomstbeeld worden grote maatschappelijke opgaven niet eindeloos besproken, maar stap voor stap uitgevoerd. Dat toekomstbeeld vraagt om een lange termijnregie.
Dat perspectief vormt de kern van het Rapport Wennink, dat op 12 december werd gepresenteerd door voormalig ASML-topman Peter Wennink. Het rapport kijkt met een nuchtere blik naar de Nederlandse en Europese economie en trekt daar heldere conclusies uit. Wie welvaart, veiligheid en publieke voorzieningen wil behouden, zal moeten investeren in productiviteit, industrie en schaal. Europa heeft zich de afgelopen decennia sterk gespecialiseerd, maar is daarbij ook afhankelijker geworden van andere regio’s voor energie, technologie en grondstoffen. Die afhankelijkheid vergroot de kwetsbaarheid van onze economie en samenleving, en zet op termijn ook zorg, onderwijs en sociale zekerheid onder druk.
Waar het om draait: vier keuzes voor economische veerkracht
In het rapport is gekozen voor focus. Het pleit voor gerichte investeringen in een beperkt aantal domeinen die bepalend zijn voor toekomstige welvaart en strategische relevantie.
▸ digitalisering en kunstmatige intelligentie als basis onder productiviteit in vrijwel alle sectoren,
▸ veiligheid en weerbaarheid in een wereld waarin cyberdreiging en geopolitieke spanningen toenemen,
▸ energie- en klimaattechnologie als voorwaarde voor een betaalbare economie,
▸ life sciences en biotechnologie voor gezondheid, medicijnen en biobased productie.
Deze keuzes sluiten aan bij bestaande sterke kanten van Nederland en Europa. Ze bepalen of bedrijven hier kunnen blijven investeren, of medicijnen beschikbaar blijven, en of energie betaalbaar is voor huishoudens en industrie. Het rapport maakt duidelijk dat achterblijven in deze domeinen leidt tot verlies aan verdienvermogen en minder grip op onze eigen toekomst.
Uitvoering als grootste opgave: waarom het vastloopt in de praktijk
Volgens Wennink ontbreekt het niet aan kennis of plannen, maar aan uitvoering. Veel knelpunten zijn al jaren bekend en in veel gevallen oplosbaar. De uitdaging zit in het maken van keuzes en het organiseren van tempo. Niet techniek, maar besluitvorming bepaalt de voortgang.
Het elektriciteitsnet is daar een concreet voorbeeld van. Bedrijven die willen verduurzamen of uitbreiden, lopen vast omdat het net op piekbelasting is ingericht. Gemiddeld wordt het net voor zo’n 30% benut. Door slimmer om te gaan met vraag en aanbod, meer flexibiliteit toe te staan en duidelijke prioriteiten te stellen, kan op korte termijn ruimte worden gecreëerd. Dat helpt bedrijven en projecten direct vooruit en geeft tijd om het net verder uit te breiden.
Ook het stikstofdossier raakt mensen direct. Zolang besluitvorming uitblijft, stagneert woningbouw, lopen infrastructuurprojecten vertraging op en blijft ruimte voor economische ontwikkeling beperkt. Oplossingsrichtingen zijn uitgebreid verkend, maar zonder keuzes verandert er weinig.
Vergunningverlening vormt een vergelijkbaar knelpunt. Doorlooptijden van vele jaren maken investeren onzeker. Het rapport pleit voor voorspelbare procedures en snellere besluitvorming bij strategische projecten, zodat plannen ook daadwerkelijk van de grond komen.
Technologie helpt, mensen maken het verschil
Technologie speelt een belangrijke rol bij het verhogen van arbeidsproductiviteit, vooral via AI. Die productiviteit staat onder druk, terwijl juist groei nodig is om de welvaartsstaat betaalbaar te houden. Slim gebruik van AI kan werk anders organiseren, processen versnellen en administratieve lasten verminderen.
Dat vraagt om investeringen in infrastructuur en schaal. Europa beschikt over een relatief klein deel van de mondiale rekencapaciteit (slechts circa 5%), wat de afhankelijkheid van andere regio’s vergroot. Wie serieus wil meedoen, zal hier moeten bouwen aan datacenters, netwerken en toepassingen.
Tegelijkertijd benadrukt het rapport dat technologie pas waarde krijgt als mensen ermee kunnen werken. Zonder vaardigheden, vertrouwen en duidelijke kaders blijft vooruitgang beperkt.
Mensen als fundament: onderwijs en arbeid als economische randvoorwaarde
Investeren in productiviteit en industrie betekent investeren in mensen. Onderwijs en vaardigheden vormen een strategische randvoorwaarde voor economische ontwikkeling. Dat vraagt om blijvende aandacht voor goed onderwijs, om- en bijscholing en aantrekkelijke arbeidsmarkten, voor huidige en toekomstige generaties.
Een aantrekkelijke arbeidsmarkt is daarbij essentieel. Niet alleen voor mensen die hier al wonen en werken, maar ook voor talent van buiten Nederland. Op dit moment blijft veel potentieel onbenut. Dat raakt individuele kansen en beperkt het vermogen om grote transities in energie, zorg en industrie uit te voeren.
Economie van de toekomst: circulair als basis voor industriebeleid
Het Rapport Wennink beschrijft de productiviteitsgroei die nodig is om welvaart te behouden en nodigt uit tot een bredere kijk op economie. Groei en industrie zijn middelen om een economie te bouwen die bestand is tegen schaarste, geopolitieke spanningen en ecologische grenzen.
Daarin speelt de circulaire economie een centrale rol. Door grondstoffen slimmer te gebruiken, producten anders te ontwerpen en hergebruik en reparatie te normaliseren, wordt afhankelijkheid verminderd en weerbaarheid vergroot. Circulair is daarmee geen toevoeging, maar een randvoorwaarde.
Van innovatie naar industrie: waarom opschaling achterblijft
Juist in sectoren die iedereen dagelijks raakt, zoals consumptiegoederen, komen energie, grondstoffen, technologie en betaalbaarheid samen. Europa beschikt over veel innovatieve oplossingen, maar heeft moeite met opschaling. Veel circulaire initiatieven blijven steken tussen pilot en marktintroductie.
Die kloof verzwakt ons economisch potentieel en onze strategische relevantie. Zonder opschaling verliest Europa ook industriële en geopolitieke positie. Opschaling vraagt om samenwerking tussen bedrijven, investeerders en overheden, en om gezamenlijke verantwoordelijkheid voor nieuwe industriële ketens die op Europese schaal kunnen concurreren.
Van inzicht naar actie: bouwen aan circulaire industrie in Europa
Het initiatief CIRCLeurope richt zich op het verbinden van bestaande innovaties met industriële partners en investeerders om circulaire consumptiegoederen op te schalen in Europa.
CIRCLeurope is een uitvoeringsplatform (in oprichting). Daarmee sluit het aan bij de kern van het Rapport Wennink: de analyse ligt er, de volgende stap ligt in uitvoering.
#ZoDus
• CIRCLeurope – Voor bedrijven, innovators en investeerders die willen bijdragen aan de opbouw van circulaire industrie in Europa. CIRCLeurope verbindt bestaande initiatieven en helpt bij de stap van innovatie naar opschaling. → Ontdek het CIRCLeurope-netwerk
• Holie AI – Slim, eerlijk en menselijk – Een verdiepend event over de rol van AI in productiviteit en maatschappelijke waarden, met ruimte voor reflectie en praktijkvoorbeelden. → Bekijk het programma
• Leiderschapsretraite: bouwen aan de economie van morgen – Voor leiders die richting willen geven aan duurzame transities en daarbij tijd nemen voor verdieping, dialoog en concrete stappen. → Ontdek de retraite
Op 12 december 2025 is het rapport “De route naar toekomstige welvaart – een sterk Nederland in een relevant Europa” gepresenteerd door Peter Wennink, voormalig topman van chipmachinemaker ASML. Het advies is opgesteld op verzoek van het demissionaire kabinet en heeft als doel een langetermijnstrategie te bieden voor het behoud van welvaart in Nederland. Het document benadrukt dat de Nederlandse economie voor grote uitdagingen staat en dat aanzienlijke investeringen nodig zijn om die uitdagingen aan te pakken. Juist nu publieke voorzieningen en economische weerbaarheid onder druk staan, dwingt het rapport tot scherpe keuzes.
Wennink waarschuwt dat de economische groei die volgens onafhankelijke prognoses rond 0,5 – 0,9 % per jaar zal liggen, onvoldoende is om publieke voorzieningen zoals zorg, onderwijs en energietransitie op peil te houden. Om die reden pleit hij voor structurele groei van 1,5 – 2 % per jaar. Zonder deze groei groeit het risico dat de kwaliteit van leven achteruitgaat en dat Nederland zijn concurrentiepositie verliest in een snel veranderende wereld. Welvaart is daarmee geen gegeven, maar het resultaat van gerichte investeringen en uitvoering.
Het rapport is geïnspireerd op het eerdere Europese Draghi-rapport en vertaalt die inzichten naar de Nederlandse context, met focus op productiviteitsverhoging en strategische investeringen.