De zeventien Sustainable Development Goals (SDG’s) moeten ervoor zorgen dat de wereld een betere plek wordt om te leven. Voor 2030 moet er een einde komen aan extreme armoede, klimaatverandering en ongelijkheid. Voor elk van de SDG’s is in Nederland een coördinator aangesteld. Die vormt een alliantie van experts, pioniers en kartrekkers. Zo’n alliantie brengt de grootste uitdagingen in kaart, zoekt hiervoor oplossingen en legt verbanden met andere doelen. Giuseppe van der Helm is coördinator van SDG4: kwaliteitsonderwijs. Hij pleit voor een onderwijssysteem waarin kennis toepassen net zo belangrijk is als het aanleren ervan.
Onderwijs van goede kwaliteit voor iedereen, en het liefst een leven lang. Dat is waar SDG4 om draait. Het is ‘het fundament voor duurzame ontwikkeling’, aldus de Verenigde Naties. Niet alleen geeft goed kwaliteitsonderwijs een positieve impuls aan het leven van een individu en haar of zijn omgeving, het geeft mensen ook de instrumenten om antwoorden te formuleren op de grote uitdagingen waarmee we kampen in de wereld. Bovendien is het behalen van SDG4 onmisbaar bij het behalen van veel andere SDG’s. Denk bijvoorbeeld aan SDG5, gendergelijkheid.
Jij bent als SDG4-coördinator in Nederland de kartrekker voor dit werelddoel. Aan jou dus ook de taak een SDG4-alliantie op te tuigen. Uit welke partijen bestaat de SDG4-alliantie?
Voordat er allianties voor de SDG’s in het leven werden geroepen, bestond er al een SDG4-alliantie avant la lettre: ‘Leren voor Morgen’. Deze coöperatie bundelde bestaande netwerken op het gebied van duurzaamheid in het onderwijs. Omdat ‘Leren voor Morgen’ al precies deed wat de bedoeling van een alliantie was, fungeert deze coöperatie ook als de SDG4-alliantie. De leden van de alliantie bestaan uit allerlei partijen in het onderwijs: van onderwijsinstellingen en ngo’s tot bedrijven die leermiddelen maken en scholen adviseren.’
Eén van de subdoelen van SDG4 richt zich op het bijbrengen van kennis en vaardigheden gericht op duurzame ontwikkeling bij leerlingen. Hoe kijk jij naar duurzaam onderwijs?
‘Als leerlingen leren over duurzaamheid en duurzaam handelen als een vanzelfsprekende levenshouding wordt gebracht, is er sprake van duurzaam onderwijs. Onze alliantie pleit voor de ‘Whole School Approach to Sustainability’. Die aanpak integreert duurzame ontwikkeling in het curriculum, het leerproces en de leeromgeving van scholen.’
In welke mate richt het Nederlandse onderwijs zich al op duurzaamheid?
‘In het bedrijfsleven, waarin het draait om winst, maakt duurzaamheid steeds vaker integraal deel uit van de bedrijfsvoering. Maar in het onderwijs, dat met publiek geld gefinancierd wordt, gebeurt dat nog maar mondjesmaat. Je ziet vaak dat scholen naar de planet-doelen grijpen; de makkelijkste aanvliegroute. Dan leggen ze zonnepanelen op het dak van de school en doen ze iets met recyclen. Of ze gaan een weekje geld inzamelen voor Afrika. Maar daarmee komen we er niet. Duurzaamheid is niet iets wat je erbij doet. Het vraagt om een wezenlijke transitie van het onderwijssysteem.’
Nu draait het schoolsysteem om vakkennis: aardrijkskunde, taal, rekenen en ga zo maar door. Die kennis is nodig. Maar kinderen die in 2030 van school komen, hebben meer nodig dan vakkennis alleen.
Giuseppe van der HelmHoe moet het onderwijssysteem eruit komen te zien volgens de SDG4-alliantie?
‘Nu draait het schoolsysteem om vakkennis: aardrijkskunde, taal, rekenen en ga zo maar door. Die kennis is nodig. Natuurlijk moeten kinderen goed leren lezen en schrijven. Bovendien kun je door vakkennis andere beschikbare kennis beoordelen op zijn waarde. Maar kinderen die in 2030 van school komen, hebben meer nodig dan vakkennis alleen. Kennis krijgt immers pas waarde als je het ook kunt toepassen. Daar is in het huidige systeem te weinig aandacht voor. En daarvoor ontbreekt het aan de blik naar buiten. Scholen zouden ouders, de wijk, andere scholen, de gemeente en het bedrijfsleven veel meer moeten opzoeken. Waar zijn die mee bezig? En hoe kun je samen maatschappelijke problemen te lijf gaan?’
Waarom vraagt de toekomst om meer vaardigheden dan nu?
‘De wereld wordt steeds kleiner. Daardoor doet het individuele handelen er steeds meer toe. Neem het coronavirus: iemand uit Wuhan die besmet is kan besluiten naar Europa op vakantie te gaan, waardoor het virus plotseling naar de andere kant van de wereld kan overspringen. Het dataverkeer groeit exponentieel, de bevolkingsgroei gaat hard; veranderingen gaan gewoon steeds sneller. Daar valt nu al bijna niet meer tegenop te leren met feiten, en straks al helemaal niet meer. Dan heb je meer aan vaardigheden als kritisch nadenken, samenwerking, creativiteit en ondernemen.’
Je hebt meer aan vaardigheden als kritisch nadenken, samenwerking, creativiteit en ondernemen.
Giuseppe van der HelmHoe pak je zo’n verandering aan?
‘De overheid vindt ook dat de huidige landelijk vastgelegde onderwijsinhoud niet meer actueel is. Daarom heeft minister Slob het onderwijs gevraagd zelf met voorstellen te komen voor een herziening van het curriculum voor basisonderwijs, speciaal onderwijs en voortgezet onderwijs. Leraren en schoolleiders hebben daarvoor in kaart gebracht welke kennis en vaardigheden nodig zijn. Dat deden ze met behulp van collega’s, schoolbestuurders, wetenschappers, lerarenopleiders, vervolgonderwijs, vakverenigingen en de SDG4-alliantie.
In die voorstellen staat dat de verplichte lesstof in zeventig procent van de lestijd behandeld moet kunnen zijn. Daarmee blijft dertig procent over voor vrije invulling door docenten. Wij hebben ingebracht dat die gebruikt moet worden om kennis toe te passen op actuele problematieken. In het voorbeeld van het coronavirus: de groei van het coronavirus doorrekenen bijvoorbeeld, of discussiëren wat de consequenties zijn als je een stad afsluit van de rest van de wereld.’
Hoe helpt de SDG4-alliantie scholen daarbij?
‘We brengen ze op ideeën door succesvolle initiatieven van onderwijsinstellingen te delen. We brengen ze in contact met netwerken binnen onze alliantie die al veel ervaring hebben. In het mbo bijvoorbeeld wordt al meer dan zestien jaar aan duurzaamheid gewerkt. Bij Eco-Schools verduurzamen leerlingen het onderwijs van binnenuit. Het Econasium biedt kinderen de kans om na te denken over actuele en maatschappelijke economische thema’s en vergroot daarmee hun eigenwaarde.
Verder is er een ranglijst waarmee mbo-scholen kunnen ranken hoe duurzaam ze zijn op integrale aspecten: de SustainaBul. Die helpt bestuurders te beseffen wat écht duurzaam onderwijs is en wat je daaraan kunt doen. We proberen die tool nu ook door te zetten naar voortgezet onderwijs en basisonderwijs.’
Duurzaamheid is niet iets wat je erbij doet.
Giuseppe van der HelmHoe hoop je er over een jaar voor te staan?
‘Dan zit hopelijk het curriculum zoals wij dat hebben voorgedragen ingebakken in de leerdoelen van elke school. Onderwijsinstellingen moeten een plan hebben rondom de SDG’s en worden daar ook op gecontroleerd door de onderwijsinspectie. Ik hoop dat het ministerie van OCW tegen die tijd middelen beschikbaar heeft gesteld om scholen en docenten te helpen deze transitie te maken. En dat onze alliantie door veel scholen gevonden is.’